Enkel het argument ‘ze zijn zo gezond’ aanhalen, blijkt onvoldoende. Er is meer nodig dan dat. Bijvoorbeeld de kinderen betrekken bij de bereiding van de groenten en zelf het goede voorbeeld geven. Nieuwe onderzoeken bevestigen de positieve impact van deze strategieën en schetsen een aantal nieuwe inzichten.
Aandachtspunten voor kinderen (4 tot 12 jaar)
Om kinderen meer groenten te leren eten is het belangrijk om zowel het product, het kind als de omgeving in beschouwing te nemen.
Een egaal uiterlijk en knapperigheid beïnvloeden de groenteconsumptie positief. Bruinkleuring en een korrelige structuur kunnen eerder afstotend werken. Gestoomde groenten lijken qua bereidingswijze de voorkeur te krijgen.
De kenmerken waarom kinderen groenten al dan niet lekker vinden veranderesearchn met de leeftijd. Vier- en vijfjarigen vinden het uiterlijk en de textuur (het mondgevoel) het belangrijkst. Kinderen associëren gezond vaak met ‘niet lekker’, maar dit blijkt nog niet het geval bij vier- en vijfjarigen.
Als omgevingsfactor spelen de ouders de belangrijkste rol. Ouders beïnvloeden het eetgedrag van hun kinderen via hun eigen consumptiepatroon, via voorbeeldgedrag en via de ouderlijke strategieën die ze toepassen. De meest gebruikte gedragsstrategieën om kinderen meer groenten te leren eten zijn ‘positieve informatie’ en ‘druk’. Deze strategieën zorgen er echter voor dat de context rond groenten eten vaak als negatief wordt ervaren door het kind.
De gedragsstrategie ‘keuze’ blijkt beter te werken omdat het het gevoel van autonomie bij het kind verstrekt en de intrinsieke motivatie verhoogt.
Brochure Groenten4kids - Bron: Nice
Geen opmerkingen:
Een reactie posten